‘Git Good’ is een uitspraak die je als gamer waarschijnlijk wel eens hebt gehoord. “Als je heet niet aan kan hoor je niet thuis in de gamewereld” lijken ze te zeggen. Totale onzin, natuurlijk, dat is waarom je de moeilijkheidsgraad van veel games kan aanpassen. En daar hoef je je echt niet voor te schamen.
Noob shaming
Gatekeeping is een gigantisch probleem voor elke gemeenschap en voor videogames is het even goed waar. ‘Gamers’ en gamemakers kijken vaak neer op casual spelers die graag een game op easy spelen en gewoon het verhaal mee willen maken. Alleen ‘echte gamers’ zijn welkom en dat betekent dat je moet spelen op de hoogste moeilijkheidsgraad.
Dit vind je terug in opmerkingen als ‘Git Good,’ die vooral wordt geassocieerd met Soulslikes. Het is een standaard en meestal sarcastisch antwoord als iemand vraagt hoe je een bepaalde baas gemakkelijker kan verslaan. En hoewel het begon als een manier om te zeggen dat er in Dark Souls games geen gemakkelijke manieren zijn om een baas te verslaan (zonder misbruik te maken van bugs en exploits) is het nu vooral een manier om nieuwe gamers te ontmoedigen.
Deze negatieve cultuur blijft helaas niet alleen bij de ‘gamers,’ ook ontwikkelaars zijn wel eens geneigd zich zo op te stellen. Neem bijvoorbeeld de Wolfenstein games. Die bieden je wel een lagere moeilijkheidsgraad aan, maar het heet wel spottend ‘Can I play, daddy?’ en komt met een gratis afbeelding van Blaskowitz in babykledij. Dit is iets waar je je, volgens de ontwikkelaars, voor moet schamen.
Dit komt misschien deels voort uit de frustratie die kwam met jaren van neerbuigendheid. Gamen was niet altijd cool, toen ik op de middelbare school zat was WoW spelen in je vrije tijd iets dat je absoluut geheim moest houden. Tegenwoordig is dat niet meer zo, wat betekent dat de populaire kids gewoon lekker Fortnite spelen. “Zij hoefden ons leed niet te doorstaan, dus mogen ze onze dingen ook niet leuk vinden” is dan de mindset.
Een averechts effect
Het gevolg van deze mindset, en dan vooral ook je ernaar gedragen, is echter niet wat de ‘gamers’ willen. Ja, je ontmoedigt ‘onwaardige spelers’ om jouw wereld te betreden door te spotten met hun lagere moeilijkheidsgraad en gebrek aan skill, maar je houdt vooral ook je eigen wereld klein. Nu blijf je alleen achter in je ivoren toren.
De gameindustrie lijkt een beetje een crisis in te gaan. Bij vrijwel alle grote gamebedrijven zijn er de afgelopen jaren behoorlijk wat ontslagen gevallen. Zelfs Sony moet eraan geloven. Hoewel meer mensen dan ooit videogames spelen worden ze ook steeds duurder om te ontwikkelen. Ondertussen hebben bedrijven en investeerders geen interesse in het maken van goede games, ze hebben interesse in winst. Goedkope projecten die goed verkopen. Dit is vooral te merken bij de risicoaverse AAA-industrie, waar zelden een nieuwe IP naar boven komt en we het vooral moeten doen met nieuwe delen in bestaande series. Zoals Sony helaas heeft moeten ontdekken is ook dat niet meer vol te houden.
Wat we nodig hebben is diversiteit. Diversiteit in videogames en in gamers. Grote games met tientallen uren aan campagnes en verhalen gaan steeds meer met elkaar concurreren. Dit kan misschien wel leiden tot betere producten, maar het betekent ook dat anderen het onderspit moeten delven. Bovendien zijn het meestal niet de beste games die deze wedstrijden winnen, maar de bedrijven met het geld om hun spel te marketen. Kijk maar naar Pokémon.
Maar als we diversiteit nodig hebben kunnen we niet nieuwe gamers bij de deur tegenhouden. We moeten ze omarmen en verwelkomen! Meer gamers betekent meer geld voor de games die jij leuk vindt en vooral ook ruimte om meer smaken te ontwikkelen. Dat betekent meer soorten games en meer afwisseling. Natuurlijk zullen niet al die games wat voor jou zijn, maar de kans is klein dat dit weg zal nemen van de niche waar jij wel tijd aan wil besteden. Er zijn gewoon extra opties, waardoor meer mensen kunnen vinden wat ze zoeken.
Een narratief medium
Laten we ook niet vergeten dat videogames niet alleen een plek zijn waar je je reactiesnelheid en strategisch denken aan de proef kan stellen. Videogames worden ook gebruikt om verhalen te vertellen. Op sommige vlakken doen ze dat zelfs beter dan alle andere mediums.
Om sommige verhalen te ervaren móet je een game spelen. In andere gevallen kán je wel een serie kijken, maar zelfs voor de besten is dat niet hetzelfde. Als jij de persoonlijke groei van Kratos en zijn ontwikkelende band met zoon Atreus wil zien, dan moet je God of War 2018 en Ragnarök spelen.
Het verhaal werkt waarschijnlijk het beste als het je uitdaagt, maar waar die uitdaging precies ligt verschilt enorm per speler. Dus wat is er mis mee om die moeilijkheidsgraad wat lager te zetten als je gewoon wil zien hoe het zich ontvouwt? Bovendien wil jij misschien wel helemaal niet uitgedaagd te worden. Voor een serie op Netflix hoeft dat immers ook niet. Er is niets mis met spelen op normal als jij je gewoon goed wil voelen over het neermaaien van wat vijanden tussen cutscenes in.
Videogameverhalen voelen vaak veel persoonlijker omdat jij het personage wordt. De keuzes die zij maken zijn jouw keuzes en de dingen die hen overkomen overkomen jou. Daarom is het ook aan jou en aan niemand anders hoe moeilijk die reis moet zijn. Heeft een game als Dark Souls geen moeilijkheidsgraad en heb jij niet de energie om beetje bij beetje beter te worden? Prima, dan speel je lekker anders. En als een vriend of collega dan met je gaat spotten weet je dat die neerbuigendheid voortkomt uit een wankel eigenbeeld.
Het tegenovergestelde
Denk niet dat casual shaming de enige vorm van neerbuigendheid is. Elite shaming gebeurt net zoveel. Als in de verkeerde kringen blijkt dat je graag gamet op de hoogste moeilijkheidsgraad ben je ineens een zweterige tryhard nerd die waarschijnlijk niet vaak genoeg een douche neemt.
Je hebt een talent, maar voor dat talent moet je je blijkbaar schamen. Natuurlijk komt dit voort uit jaloezie, maar ook uit een beeld die nog overblijft van de eerdergenoemde duistere dagen waarin gamen voor nerds zonder vrienden was. Goed zijn in videogames is iets dat je moet leren, je steekt er tijd in. Deze toewijding wordt dan gelijk getrokken met een gebrek aan sociale vaardigheden.
Dat dit beeld er is is niet helemaal zonder gronden. Als je gepest wordt heb je een toevluchtsoord nodig en videogames bieden die. Dat zijn werelden waar je je progressie kan meten in XP, die vervolgens leiden tot een LVL-Up! Bovendien ben jij de held en doen je acties ertoe. Dus het is niet vreemd dat veel van ons die zich misplaatst voelen in deze wereld zich terugtrekken naar videogames.
Maar in plaats van deze worstelaars nog verder in een hoekje duwen kunnen we ook proberen ons in te leven en ons open te stellen voor hun wereld. Dat deze wereld beter werkt voor jou is fijn voor je, waarom zou je de mensen waarvoor dat niet geldt nog meer moeten straffen? Inclusiviteit maakt alles altijd beter.
Laat je uitdagen
Ik heb zelf jarenlang bijna uitsluitend op medium gespeeld uit de angst dat meer te moeilijk zou zijn. Als gevolg begon een zekere verveling toe te slaan. Daarom ben ging ik de moeilijkheidsgraad steeds meer opkrikken tot ik nu over het algemeen de game meteen op zijn moeilijkst zet en lekker mijn best ga doen.
Veel games willen je uitdagen. Ze zijn op hun best als je er met vallen en opstaan doorheen komt. ‘Git Gud’ wordt misschien gebruikt als een neerbuigende term, maar in zijn kern zegt het iets anders. Het moedigt je aan om niet op te geven. Iets is nu misschien moeilijk, maar de enige manier om goed te worden in iets is door het veel te doen. Blijf proberen, blijf leren en uiteindelijk kan je het.
Dit zit zelfs verwoven in de verhalen van Dark Souls games. Zolang je blijft proberen, zolang er nog een vlammetje van hoop is kan je de uitdagingen trotseren en de baas verslaan. Uiteindelijk ben jij je enige echte obstakel.
Je eigen moeilijkheidsgraad
De juiste moeilijkheidsgraad vinden zorgt ervoor dat je de game op zijn best kan ervaren. Waar dat precies ligt is aan jou. Negeer alle anderen en speel zoals jij dat zelf wil.
Heb jij hier nog gedachten over? Laat het dan vooral weten in de comments!
Geef een reactie