Nog anderhalve week en het is tijd voor de Dutch Altered Championship. Vorige week deelde ik wat tips om een deck te bouwen, dus nu is het tijd voor tips voor ruilkaartspelers zelf.
Timing is alles
Soms voelt het zo simpel. Je kijkt naar het bord, naar je mana en naar je hand, en je weet precies wat je allemaal gaat spelen. Gewoon alles opgooien en klaar is Kees. Toch?
De meest voorkomende fout die ik ruilkaartspelers zie maken, is kaarten in de verkeerde volgorde uitspelen. Soms is de reden dat het fout is simpel. Als je Amorak eerst gigantic maakt en dan characters gaat spelen, dan merk je ineens dat ze allemaal opgegeten worden. Als je Amarok speelt, dan je andere characters en vervolgens de Energy Bar, dan is de situatie heel anders. Bedankt The Coin Pusher voor dit voorbeeld.
Dat is een aardig specifiek voorbeeld, dus laten we het even wat algemener maken. Als je een krachtige, maar kwetsbare kaart hebt, dan speel je die als laatste. Dan heeft je tegenstander alle tijd om mana en kaarten te verspillen aan de dingen die minder uitmaken. Heb je iets dat nieuwe kaarten trekt, dan wil je dat waarschijnlijk eerst doen. Want wie weet, misschien verandert dat je plan wel. En als je nog twijfelt tussen een aantal plays terwijl je zeker bent van een ander, dan heeft die natuurlijk prioriteit. Geef jezelf lekker de tijd om tot een beslissing te komen, en misschien heeft je tegenstanders reactie er nog wel invloed op.
Deze fout zit overigens niet alleen in het spelen van kaarten. Ook de volgorde van acties maakt uit voor ruilkaartspelers. In Hearthstone mag je aanvallen en kaarten spelen afwisselen. In Magic heb je zowel voor als na combat een main phase om kaarten zonder instant speed te spelen. Als je kaart geen invloed in jouw voordeel heeft op de aanval, dan is er ook nog geen reden om die eerder te spelen. Dan geef je je tegenstander alleen maar informatie die helpt een keuze te maken, en je bent ook nog eens kwetsbaarder. Dus stel het lekker uit.



Houd rekening met kans
Ruilkaartspelers vergissen zich wel eens in de aard van een TCG en verwarren het met pure strategie als Schaken. Een kaart zit vier keer in het deck en je hebt meer dan een kwart van je deck getrokken, dus nu komt het sowieso in je hand. Of er is maar één kaart die ervoor zorgt dat je toch verliest, dus je tegenstander kan je sowieso niet stoppen.
Dit fenomeen staat bekend als de ‘gambler’s folly’. Als je een één rolt, dan denk je dat de kans op nog een één kleiner is. Ja, de kans op twee éénen is 1/36, maar het zal die dobbelsteen een worst wezen wat je hiervoor gooide als het eenmaal daar ligt. De kans dat je hetzelfde rolt als hiervoor is nog altijd gewoon 1/6. Voor je deck is dit niet helemaal hetzelfde. Met elke kaart die je trekt wordt die namelijk kleiner, dus de kans dat je iets specifieks vindt, wordt steeds groter. Dat verschil is alleen wel kleiner dan je misschien denkt.
Maar je kan niet rekening houden met alles. Je zal af en toe wat moeten spelen en soms moet je risico’s nemen, anders loop je zo al achter. Daarom is het voor ruilkaartspelers belangrijk te bepalen wat je wel in je achterhoofd houdt, en wat niet. Het gemakkelijkst is natuurlijk kans. Als je tegenstander drie removal heeft gespeeld, en je vermoedt dat die er vier in diens deck heeft, dan hoef je daar minder omheen te spelen. Zeker als je inhouden een demper zet op je eigen progressie.
Iets wat vaak wordt vergeten in acht te nemen, is wat uitmaakt. Ben je aan het winnen, en kan alleen iets specifieks die winst van jou wegnemen? Hoe klein die kans ook is, als je er omheen kan plannen moet je dat doen. Het tegenovergestelde is ook waar. Als je een kaart móet trekken om in het spel te blijven, dan kun je net zo goed spelen alsof het gegarandeerd bovenop je deck ligt. Meestal is dit minder extreem, maar hoe je je berekeningen daarop aanpast zul je per situatie bij moeten stellen.

Gebruik contexthints
Omdat je elkaars hand niet kan zien, proberen ruilkaartspelers elkaar in vallen te lokken. Jij bent vast wel eens in een valletje of twintig getrapt. De hoop is natuurlijk dat dit beter wordt. Maar waar moet je dan op letten?
Niets gebeurt in isolatie. Als je tegenstander een gevaarlijke kaart speelt die kwetsbaar is voor removal, terwijl die weet dat je waarschijnlijk wat hebt, dan moet je dat gegeven paard even goed in de bek kijken. Dikke kans dat het een Trojaans ras is, namelijk. Waarschijnlijk is het een bliksemafleider voor wat nog volgt.
Overweeg altijd waarom iemand iets doet. Net als jij, heeft je tegenstander namelijk meestal een plan. Als je dat weet uit te vogelen, dan kun je het meenemen in de jouwe en je eigen vallen opzetten. Soms is het zo simpel als ‘ik heb nou eenmaal niets beters’. Het voelt dan misschien stom om te peinzen over iets dat niet uit blijkt te maken. Maar liever dat dan andersom!
Er is meer context dan alleen de kaarten die op tafel liggen en in de hand gehouden worden. Als ze in films praten over poker, dan hebben ze het vaak over bluffs, tells en pokerfaces. Dat is inderdaad allemaal relevant in alle vormen van poker, en voor ruilkaartspellen is dat niet minder waar. Als je tegenstander iets weg lijkt te geven, maar vol enthousiasme kijkt hoe jij ernaar reikt, dan zit er waarschijnlijk iets achter. Dat kan natuurlijk een bluf zijn, maar denk er in ieder geval nog even extra over na. Je hebt alle tijd. Het spel is nota bene turn-based!

Bewaar je geheimen
Deze tip is eigenlijk het tegenovergestelde van de vorige. Geef zo min mogelijk informatie prijs. Kennis is een belangrijk wapen voor ruilkaartspelers, dus onthul je geheimen pas als je ze gaat gebruiken. Nooit eerder.
Dit speelt bijvoorbeeld weer in op de eerste tip. Als je twee kaarten op hand wil spelen, maar één daarvan heb je eerder terug op hand gekregen of je moest het laten zien, dan wil je die eerst spelen. Je tegenstander weet al dat je het hebt en speelt er waarschijnlijk omheen. Als je het dan op tafel smijt halen ze opgelucht adem, niet wetende dat je meer in petto hebt.
Het zit hem ook in of je überhaupt iets wil spelen of niet. Heb je in Altered een kaart die je niet gaat spelen, maar heb je ook genoeg mana voor deze en de komende beurten? Overweeg het dan op hand te houden. Niet alleen heb je dan een extra optie in de volgende beurt, je tegenstander hoeft niet te weten dat je niets hebt. Laat ze maar overbodige kaarten verspillen als jij eigenlijk al niets meer kan. Hetzelfde geldt voor land in het latere spel van Magic. Je kan het gewoon op het bord leggen, maar als het niets doet kun je het beter op hand houden. Dan denkt je tegenstander dat je misschien een instant op hand hebt en gaat die daar omheen spelen. Mogelijk kost dat wat tempo of onnodige grondstoffen.
Hier geldt ook weer dat je informatie weg kan geven met je lichaam. Die gretige blik bij een Trojaans paard kan ook van jou zijn. Toom je in en houd je neutraal. Anders trappen ze daar nooit in. Natuurlijk kun je door bewust met je lichaamstaal om te gaan ook het omgekeerde doen en je tegenstander op het verkeerde been zetten. Maar als jij je daar schuldig bij gaat voelen moet je dat niet doen. En dat je het naar je zin hebt, dat hoef je niet te verbergen. Als iedereen zichtbaar plezier heeft wordt de sfeer een stuk beter. Ook dat is belangrijk.

Altijd ruimte voor verbetering
Dit waren een aantal tips van mij voor ruilkaartspelers om hun spel mee te verbeteren. Maar het kan altijd beter! Heb jij tips die ik niet genoemd heb, specifieke voorbeelden of ben je het ergens niet mee eens? Laat het dan vooral weten in de comments.
Geef een reactie