Soms worden spellen pas leuk als je ze wat beter kent. Wat je nodig hebt om plezier te beleven aan een spel is de instapdrempel. Liefst zou die natuurlijk altijd gelijk zijn aan de grond. Maar dat is praktisch onmogelijk. Dus hoe houd je rekening met deze barrière?
Ludoliteracy
Hoe simpel iets ook is, er is altijd een instapdrempel. Het simpelste bordspel heeft nog steeds een uitleg nodig. Er zijn games zonder tutorials, maar je hebt nog steeds wat basiskennis nodig. Dat je bijvoorbeeld weet dat je WASD gebruikt om te lopen wordt gewoon aangenomen.
Als je een gamer bent, dan weet je inderdaad al wel hoe je je personage moet bewegen. Maar wat dacht je van iemand die nog nooit een videogame heeft gespeeld? Als jij vol enthousiasme een partner of familielid aan de wereld van games introduceert, dan zal je merken dat je hier ineens tegenaan loopt.
Dit basisbegrip heet ‘ludoliteracy’. Bordspellen en videogames hebben een taal die je kan leren begrijpen, op dezelfde manier dat filmwetenschappen je leren een film te analyseren. Deze kennis bouw je op met tijd en ervaring. Verkijk je niet op wat jij al hebt opgebouwd ten opzichte van iemand die helemaal nieuw is in onze wereld.
Deze literacy komt op verschillende niveau’s. Hoe hoger je gaat, hoe specifieker het wordt. Weten dat kaarten geschud worden voor willekeur ligt ergens onderaan, begrijpen dat de kaarten in je startersdeck in een deckbuilder niet veel voor zal stellen ligt weer wat hoger. Helemaal bovenaan heb je spelspecifieke strategieën.
De kennisvloek
De kennisvloek, of ‘curse of knowledge‘, oppert dat mensen vaak aannemen dat iedereen weet wat zij weten. ‘Iedereen weet dat je loopt met WASD’. Maar die kennis is zelden zo breed bekend als je misschien denkt. Ik verwijs weer naar die partner die steeds naar de W op je toetsenbord moet zoeken voordat die voorwaarts kan bewegen.
In gamedesign komt deze kennisvloek veel naar boven. Van welke voorkennis kan een ontwikkelaar uitgaan dat je het hebt, en wat moet echt nog even uitgelegd worden in een tutorial? Moet een bordspelmaker uitleggen wat ‘schud de kaarten’ betekent, of is dat wel bekend?
Het antwoord op deze vraag komt vaak voort uit de doelgroep. Als het spel gemaakt is voor mensen die nog nooit eerder spellen hebben gespeeld, dan zul je zien dat ook de simpelere dingen worden uitgelegd in de tutorial of het spelregelboekje. Is het voor ervaren spelers, dan wordt dat overgeslagen. Of ze gaan er snel overheen en nemen aan dat je het dan direct oppikt. Zo begint de instapdrempel al te vormen.
Deze kennisvloek is ook iets waar jij rekening mee moet houden als je een bordspel aan iemand uitlegt. Instructies geven aan een groep vrienden die wekelijks samenkomt om Twilight Imperium te spelen is heel anders dan voor mensen die een keertje Cards Against Humanity hebben gespeeld. Shut Up and Sit Down heeft hier ook een hele mooie video over.
Tijd en de instapdrempel
Spellen moet je ook leren door te spelen. Zo vormt tijd een instapdrempel. In veel gevallen is deze tijddrempel het eerste deel van een spel, of misschien het eerste potje. Daarom is het vaak slim om maar gewoon te beginnen zodra je min of meer een grip op de regels of mechanieken hebt. Maar daar blijft het niet altijd bij.
MOBA’s zoals League of Legends zullen de eerste paar potjes waarschijnlijk niet echt leuk zijn. Tenzij je ervaring hebt met andere MOBA’s, dan zijn er een hoop nuances die je beetje bij beetje op gaat pakken. Tot je zover bent zullen andere spelers je genadeloos afslachten. De kans is groot dat je alleen blijft spelen omdat je vrienden aandringen. Hetzelfde geldt bijvoorbeeld voor schaken. De regels zijn gemakkelijk genoeg om onder de knie te krijgen, zoveel zijn er niet. Maar hoe werk je naar schaakmat toe? Tot je daar een beetje begrip voor hebt is het spel geen bal aan.
Soms is deze drempel daar opzettelijk. Monster Hunter games laten spelers zelf uitvogelen hoe je moet voorbereiden op een jacht. Ook hebben monsters geen levensbalk. In plaats daarvan is het aan jou om aan de verwondingen en het gedrag van het monster vast te stellen hoe het met je tegenstander gaat. Dit is aan het begin een hele uitdaging, maar als gevolg voel jij je na een tijdje écht als ene ervaren jager die weet wat je doet.
Het spel leren kan dus deel van de ervaring zijn. Roguelites/roguelites zoals Hades (2) of Ravenswatch zijn hier sterke voorbeelden van, en coöperatieve bordspellen zoals Pandemic hebben graag dat je de eerste paar potjes verliest om langzaam maar zeker te leren wat je moet doen. Of ze voegen steeds meer regels toe, zoals bij Magic Maze of De Crew.
Wat betekent de instapdrempel voor jou?
Wat doe jij met deze instapdrempel? Dat ligt aan jouw relatie met het spel, en eventueel met die van de andere spelers aan tafel of online.
Ben jij een wat moeilijker spel aan het spelen, en zit je er nog niet helemaal in? Wees er dan van bewust dat dit er waarschijnlijk aan ligt dat je er wat tijd aan moet besteden. Vraag jezelf dan af wat er nog achter ligt, hoelang het zal duren voor het leuk wordt en of jij die tijd eraan wil besteden. Er is niets mis met een game links laten als je liever je tijd besteedt aan wat anders. Aan de andere kant kunnen de leukste ervaringen voortkomen aan ergens goed in worden.
Ben jij de persoon die een spel aan de rest uit moet leggen? Houd dan rekening met het niveau van je medespelers. Vraag bijvoorbeeld of ze bekend zijn met het genre, of misschien zelfs een ander spel met vergelijkbare mechanieken. En pas het soort spel dat je op tafel legt ook aan op de ervaring van de rest.
Heb jij nog wat gedachten over de instapdrempel die ik niet besproken heb, of ben je het misschien in sommige aspecten niet met mij eens? Laat het dan vooral weten in de comments!
Geef een reactie